5.3 Wat tekende Saftleven?
Vrijwel alle hierboven genoemde elementen komen op de tekeningen van Herman Saftleven aan bod en worden daarin geïllustreerd. En door de lange periode waarin deze ‘thema-verzameling’ is ontstaan, zijn er ook vaak ontwikkelingen in te herkennen. Zo zien we soms dat de bomen zijn gegroeid wanneer we een zelfde plek later weer tegenkomen. We zien ook het verval toenemen. Een mooi voorbeeld daarvan is de ’toren met de boom’ ten noorden van de Mariaplaats, die in verschillende tekeningen voorkomt in een periode van dertig jaar. Omstreeks 1645 is hij getekend als een afgeknotte toren met een schuin aflopend dak waar een boom uitgroeit [14 en 15]. Na ‘‘t schrickelik Tempeest’ van 1674 is er van het dak en van de boom niets meer over. De toren eindigt dan ook een stuk lager, terwijl de begroeiing is toegenomen, zoals te zien is op een tekening in Brussel [16].

14
Herman Saftleven
De Utrechtse stadswal bij de Mariawaterpoort, ca. 1645
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen, inv./cat.nr. HS 3 (PK)

15
Herman Saftleven
De Utrechtse stadswal ten noorden van de Mariawaterpoort met de 'toren met de boom', ca. 1645
Frankfurt am Main, Städel Museum, inv./cat.nr. 3021 Z
Zoals gezegd kijkt en tekende Saftleven met begrip voor zijn onderwerp en aandacht voor details, waarbij opvalt dat hij meer aandacht had voor historische bouwwerken dan voor nieuwe bouwprojecten en andere verschijnselen in zijn tijd. Dat maakt hem interessant als bron voor bouwhistorisch onderzoek, ook voor ‘postuum bouwhistorisch onderzoek’ van reeds lang verdwenen bouwwerken. Zo is in zijn tekeningen bij verschillende torens de vroegere aansluiting van de hogere oude stadsmuur met een weergang op bogen te zien, die als bouwspoor overbleef toen bij de modernisering op last van Karel V na 1536 de aarden wal achter de muur werd aangelegd en de middeleeuwse stadsmuur een paar meter werd verlaagd tot borstweringhoogte [17 en 18]. Over de middeleeuwse situatie bij de Zandbrug als waterpoort naast de Weerdpoort biedt een tekening van zijn hand belangrijke aanknopingspunten [19 en 20]. Hier liep de middeleeuwse stadsmuur met kantelen oorspronkelijk over de Zandbrug door. Bij de afronding van een grote herstelcampagne van de noordelijke vestingwerken werd er in 1505 boven de brug een groot gat gemaakt in deze muur, waarin een beeld van ‘de Grote Stenen Man’ met het stadsbanier werd geplaatst die de bezoekers trots welkom heette. Toen Karel V de wereldlijke macht overnam, moest dit beeld onmiddellijk verdwijnen, en Saftleven geeft dan ook op zijn tekening [19] boven de brug het resterende gat in de stadsmuur weer.

16
Herman Saftleven
Waltoren ten noorden van de Mariawaterpoort te Utrecht, 1674 gedateerd
Brussel, Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, inv./cat.nr. Coll. de Grez, no. 4060 / 3152

17
Herman Saftleven
De westelijke stadswal van Utrecht met drie waltorens ten noorden van bastion Sterrenburg, tussen 1645 en 1648
Utrecht, Het Utrechts Archief, inv./cat.nr. 36321

18
Herman Saftleven
Gezicht op de Utrechtse stadswal bij de Zadelaarstoren, ca. 1645
Private collection

19
Herman Saftleven
Gezicht op de Weerdpoort, de Zandbrug over de Oudegracht en bastion Morgenster te Utrecht, ca. 1650
Amsterdam, Rijksmuseum, inv./cat.nr. RP-T-1879-A-63

20
Reconstructie van de oorspronkelijke opzet van de Weerdpoort en de Zandbrug
Ook bij het inzicht in en de reconstructie van de waltorens van de zestiende-eeuwse modernisering spelen zijn tekeningen een belangrijke rol, zoals bij de torens De Vos [21 en 22] en De Beer [8 en 38]. Dankzij Saftlevens manier van kijken en weergeven bleek het mogelijk om, in combinatie met archivalische en archeologische gegevens, een nauwkeurig beeld van het uiterlijk en van de inwendige structuur van deze torens te verkrijgen. Maar niet minder belangrijk zijn vaak ook subtiele bouwsporen op Saftlevens tekeningen, zoals muurankers en dichtgemetselde vensters en deuren.

21
Herman Saftleven
Waltoren De Vos op de noordoosthoek van de stad Utrecht vanaf de stadswal gezien, derde kwart 17de eeuw
Utrecht, Het Utrechts Archief, inv./cat.nr. 36663

22
Reconstructie van de oorspronkelijke opzet van toren De Vos, met in het verschiet de Bemuurde Weerd
De belangstelling voor het thema ’ruïne’ is Saftleven niet vreemd. De gevolgen van de storm van 1674 gaven hieraan ruimschoots voedsel, en de ruïnetekeningen van de Dom in Het Utrechts Archief vormen natuurlijk een hoogtepunt in dit opzicht [23].1 Daarbij gaat het om een serie grote en zeer gedetailleerde tekeningen van het ingestorte schip van de Domkerk, die getuigen van een goed ruimtelijk inzicht en die soms een verrassend Piranesi-achtig effect hebben. En zelfs in het puin tekent hij de neergestorte blokken natuursteen met kloppende details van de gotische profielen van de pijlers. Maar 1674 was niet het begin. Er zijn vroegere ruïnetekeningen van Saftleven bekend.2 Een deel van zijn ruïnetekeningen geeft de schade weer van de Franse inval in 1672, en ook bij ouder werk komen we schilderachtige effecten van verval tegen. Het thema is echter ook breder. Saftleven was zich bewust van de vergankelijkheid. Hij lette mogelijk ook op beelden en bouwwerken die zouden gaan verdwijnen. Voorbeelden hiervan zijn Saftlevens tekeningen van de oude Wittevrouwenpoort en de sloop van de bijbehorende voorpoort [24 en 25], alsook beelden die verwijzen naar wat geweest is, zoals bij de westpoort van kasteel Vredenburg [26-28].

23
Herman Saftleven
De ruïne van het schip van de Domkerk te Utrecht met de noordelijke buitenste zijbeuk, september 1675 gedateerd
Utrecht, Het Utrechts Archief, inv./cat.nr. 28640

24
Herman Saftleven
IJsvermaak op de Utrechtse Stadsbuitengracht bij de Wittevrouwenpoort, 1646
Zeist, John and Marine van Vlissingen Foundation, inv./cat.nr. Atlas Munnicks van Cleeff, no. MCS/125

25
Herman Saftleven
De afbraak van de voorpoort van de Wittevrouwenpoort te Utrecht, 1648 gedateerd
Wenen, Graphische Sammlung Albertina, inv./cat.nr. 9070

26
Herman Saftleven
De resten van de westelijke toegangspoort van het voormalige kasteel Vredenburg in Utrecht, 1674 gedateerd
Brussel, Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, inv./cat.nr. Coll. de Grez, no. 4060 / 3153
Saftleven was vooral bezig met de status quo, vaak ook met het alledaagse. Aan mooier maken, idealiseren of oppoetsen had hij geen behoefte. Hij was niet uit op het tekenen van ‘statieportretten’ van eigentijdse gebouwen – de nieuwe stadspoorten komen we niet tegen. Evenmin gebruikte hij ruïne-effecten om te romantiseren.

27
Globale reconstructie van de westpoort van kasteel Vredenburg gezien vanaf het standpunt van Herman Saftleven omstreeks 1670

28
Reconstructie van de westpoort van kasteel Vredenburg gezien vanaf het standpunt van Herman Satleven in de situatie van circa 1550