5. Saftleven en 3D-modellen : De stadswaltekeningen van Herman Saftleven als historische bron
Frans Kipp
Van geen andere stad in Nederland bestaat zo’n uitgebreide serie zeventiende-eeuwse tekeningen gerelateerd aan een stadsomwalling als van Utrecht. Het zijn er meer dan 175, alle getekend door één kunstenaar, Herman Saftleven (1609-1685). Deze zijn veelal gebaseerd op kennelijk verloren gegane, op locatie gemaakte schetsen. Opvallend is daarbij met name de grote diversiteit in locaties. Het feit dat Herman Saftleven vanaf ongeveer 1632 in Utrecht woonde en werkte, is als verklaring voor zijn grote aantal tekeningen van de stadsomwalling niet voldoende. Vanaf het eind van de zestiende eeuw waren vele kunstenaars in Utrecht actief. Te denken valt aan Abraham Bloemaert (1566-1651) [2], Esaias van de Velde (1587-1630), Jan van Goyen (1596-1656), Andries Both (1611/1612-1642) [7] en Anthonie Waterloo (1609-1690), om er enkelen te noemen.1 Maar van geen van deze kunstbroeders zijn grote aantallen stadsmuurtekeningen bekend. Overigens was het voor Saftleven zelf ook geenszins zijn enige of voornaamste thema, maar het is wel opvallend goed vertegenwoordigd in zijn omvangrijke getekende oeuvre.
Het roept de vraag op of Saftleven misschien een hond had waarmee hij dagelijks een ronde moest lopen. Als dat zo was, dan maakte hij zich daar kennelijk niet van af met een blokje om, maar koos hij regelmatig voor een flinke wandeling, vaak over de stadswal, soms ook er achterlangs, of buitenom met zicht op de stad. Onderweg stopte hij op een geschikte plek voor een pauze, haalde zijn tekenmaterialen tevoorschijn, en zette zich met vaardige hand aan het tekenen van de plek of het uitzicht. Zijn hond amuseerde zich zelf wel of lag aan zijn voeten [1]. Als de tekening klaar was, stapten ze op en liepen weer naar huis [39]. Omdat hij steeds op andere plekken pauzeerde, ontstond er geleidelijk een uitgebreide reeks tekeningen en schetsen met gezichten op of vanaf de stadswal rondom de stad. Uit de datering van de bladen valt af te leiden dat ze niet als één doorlopend project waren bedacht, of dat de tekeningen in topografische volgorde zijn ontstaan.2 Het grote aantal leidde uiteindelijk wel tot een goede spreiding van gezichten rondom de hele stad, die samen een vrij samenhangend beeld oproepen van de oude stadsmuren en de latere bastions en bolwerken, zoals die zich in Saftlevens tijd vertoonden, inclusief de veranderingen die ze ondergingen.

1
Herman Saftleven
Gezicht op Utrecht vanuit het noordoosten, 1648 gedateerd
Amsterdam, Rijksmuseum, inv./cat.nr. RP-P-1884-A-7795
Saftlevens tekeningen van de Utrechtse stadsomwalling beginnen omstreeks 1645 en stoppen abrupt in 1674, toen op 1 augustus een grote orkaan over Utrecht trok en in een half uur enorme schade aanrichtte, waarbij het schip van de Domkerk instortte, diverse torens hun spitsen verloren en veel huizen werden verwoest.3 Het zou kunnen dat Saftleven zijn aandacht toen meer richtte op de veroorzaakte ruïnes in en rond de stad en de serie grote ruïnetekeningen van de Dom en de Pieterskerk. Of zou toen misschien zijn laatste hond zijn overleden waardoor er een eind kwam aan zijn decennialange gewoonte om regelmatig een stuk over of langs de stadswallen te wandelen?
Wat de stadswaltekeningen van Herman Saftleven interessant maakt als historische bron, met name voor bouwhistorisch onderzoek van deze verdwenen monumenten, is in de eerste plaats zijn manier van kijken. Saftleven keek en tekende met begrip voor zijn onderwerp en aandacht voor details. Bovendien betreft het een uitgebreide serie tekeningen en schetsen van één hand, dus met dezelfde bril bekeken, uit een bepaalde periode, met een vrij goede spreiding rondom de stad. Daardoor kunnen allerlei tekeningen elkaar aanvullen, omdat objecten van verschillende kanten of in verschillende jaren worden getoond.
Zijn tekeningen maken het – in combinatie met archeologische, archivalische en topografische gegevens – mogelijk om 3D-reconstructies te maken van hoe de stadsmuren en wallen rondom de stad er in Saftlevens tijd uitzagen. Omgekeerd kunnen de 3D-modellen veel verduidelijken van de beelden die de kunstenaar ons meegeeft en dat niet alleen voor specialisten, maar ook in een voor een algemeen publiek aansprekende vorm.
Maar eerst aandacht voor de vraag wat Saftleven tijdens zijn rondjes over de stadswal zag en tekende – hoe zagen de stadsmuren en stadswallen er toentertijd uit?
Notes
1 Zie daarvoor hoofdstuk 2 door Laurens Schoemaker in deze RKD Study.
2 Zie daarvoor hoofdstuk 4 door Laurens Schoemaker in deze RKD Study.
3 Veruit de meeste ruïnetekeningen van de Domkerk en de Pieterskerk dateren van 1674, enkele van 1675. Eén blad (RKDimages, nr. 308313) uit deze serie van twintig tekeningen, met daarnaast een titelblad en een register, is 1677 gedateerd. Dit is mogelijk de laatste ‘topografische’ tekening die Herman Saftleven heeft vervaardigd. Voor deze serie, die op 21 augustus 1682 werd aangekocht door het stadsbestuur van Utrecht en behoort tot de collectie van Het Utrechts Archief, zie Kipp 1974A, pp. 44-89, nrs. 63-84; Utrecht 1974; Schulz 1982, pp. 64, 284-293, nrs. 593-614; Wilmer 2005, nrs. 219-220, 222-223, 225-226, 228-229, 230-235; Wilmer 2023, nrs. III, 158-159, 161-164, 166-171, 191; RKDimages, nr. 302874.